crisisnoodopvang
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- cri·sis·nood·op·vang
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van crisis zn en noodopvang zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | crisisnoodopvang | crisisnoodopvangen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de crisisnoodopvang m
- kortdurende opvang van asielzoekers in accommodaties die het Rijk normaal inzet voor burgeropvang bij incidenten, rampen of crises
- ▸ Amsterdam-Amstelland, Zeeland, Groningen en Friesland gaan als eerste vier veiligheidsregio's twee weken lang crisisnoodopvang verzorgen voor 600 asielzoekers. Dat meldt persbureau ANP op basis van informatie van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA).[1]
- ▸ VluchtelingenWerk Nederland is diep teleurgesteld over het uitblijven van een besluit. "De nood is ontzettend hoog. Als er niet snel goede afspraken komen over meer opvangplekken voor asielzoekers, is het een kwestie van dagen voordat we de vreselijke situatie in Ter Apel van afgelopen weken en dagen weer terugzien. Ook de kwaliteit van de crisisnoodopvang is ver beneden de maat."[2]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'crisisnoodopvang' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Eerste veiligheidsregio's geselecteerd voor roulerende crisisnoodopvang” (DI 31 MEI 2022), NOS
- ↑ Weblink bron “Nog geen akkoord veiligheidsregio's en kabinet over asielopvang” (20/6/2022), NOS