condoombedrog
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- con·doom·be·drog
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van condoom zn en bedrog zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | condoombedrog | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het condoombedrog o
- het stiekem afdoen of beschadigen van een condoom tijdens seks waarbij condoom gebruik was afgesproken
- ▸ Cijfers van ‘condoombedrog’ zijn niet beschikbaar, omdat ze vallen onder de algemene noemer verkrachting of dwang. ,,In het buitenland zijn al wel mensen veroordeeld voor verkrachting door stealthing. In Nederland is het woord nog niet algemeen bekend”, zegt de maakster van de website, die zelf in 2017 slachtoffer werd. Haar aangifte leidde niet tot een rechtszaak. ,,Mijn eerste gedachte was: ‘Wat een eikel en wat een slechte date’. Maar dankzij mijn huisarts zag ik in dat mij geweld is aangedaan.”[1]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'condoombedrog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Stiekem afdoen condoom tijdens seks voor het eerst voor rechter” (27-02-2023), Tubantia