choquant
Uiterlijk
- cho·quant
- uit het Frans
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | choquant | choquanter | choquantst |
verbogen | choquante | choquantere | choquantste |
partitief | choquants | choquanters | - |
choquant
- aanstootgevend
- ▸ Om dat doel te bereiken moet de zoon zijn vader, zijn concurrent, elimineren, want de geprivilegieerde vader wil zijn eega niet met zijn zoons delen - choquant en egoïstisch; het incestverbod is feitelijk een poging machtsverhoudingen te reguleren.[1]
- ▸ In een fantasie zag ik mij aan een tafeltje zitten en in een boterham met kaas bijten, terwijl studenten langs de glazen wand trokken. De meeste studenten zullen zich niets aantrekken van een kauwende docent in de vastenmaand. Maar wat gaan de leerlingen zeggen die het choquant vinden?[2]
- Het woord choquant staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "choquant" herkend door:
36 % | van de Nederlanders; |
56 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Weblink bron “De tekst van het Groot Dictee der Nederlandse Taal 2011” (14-12-2011), Tubantia
- ↑ Weblink bron “Werkplek” (20 oktober 2012), de Volkskrant
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
choquant
- tegenwoordig deelwoord (participe présent) van choquer
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 36 %
- Prevalentie Vlaanderen 56 %
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 8
- Werkwoordsvorm in het Frans