charismatisch
Uiterlijk
- cha·ris·ma·tisch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | charismatisch | charismatischer | |
verbogen | charismatische | charismatischere | |
partitief | charismatisch | charismatischers | - |
charismatisch [1]
- van een persoon: veel uitstraling hebbend zodat mensen die persoon willen volgen of accepteren als leider
- De charismatische sekteleider had veel kritiekloze volgers.
- ▸ Hij maakte zich nergens druk om, al helemaal niet over morgen en was een echte hippie met zijn geliefde hasjpijp in zijn mond. Vrouwen waren gek op zijn charismatische uitstraling.[2]
- Het woord charismatisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "charismatisch" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be