cardiochirurgie

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  cardiochirurgie    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• car·dio·chi·rur·gie

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van chirurgie met het voorvoegsel cardio-

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	cardiochirurgie
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de cardiochirurgie v

1. hartchirurgie

   ▸ De IGZ heeft alle betrokken ziekenhuizen een brief daartoe gestuurd, meldt het onderzoeksprogramma Argos. Aanleiding zijn de problemen op de afdeling cardiochirurgie van het HagaZiekenhuis in Den Haag.

Verwante begrippen

• cardiochirurg

Gangbaarheid

• Het woord cardiochirurgie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.