cadeauartikel

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ca·deau·ar·ti·kel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord cadeauartikel cadeauartikels
cadeauartikelen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het cadeauartikelo

  1. een product wat vaak gekocht wordt om het later als presentje aan iemand te geven
     De glazen pot gevuld met vragen, stellingen en dilemma's staat op tafel in restaurants, op scholen, is geliefd bij coaches maar is ook een gewild cadeauartikel.[1]
     Momenteel zijn er 24 prijsvriendelijke Lediscount- en Eurobazaarwinkels in Wallonië, gespecialiseerd in onderhouds- en verzorgingsproducten, maar ook (seizoens)decoratie, huislinnen, cadeauartikelen, textiel, enzovoort.[2]
Hyponiemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    Alice van Eijk
    “Kletspot uit Apeldoorn is grote klapper in dit digitale tijdperk” (26 mrt. 2019), Tubantia
  2. Bronlink Weblink bron
    jd
    “50 nieuwe banen bij populaire winkelketen” (05/12/2015), De Standaard