cadeauartikel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ca·deau·ar·ti·kel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van cadeau zn en artikel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | cadeauartikel | cadeauartikels cadeauartikelen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het cadeauartikel o
- een product wat vaak gekocht wordt om het later als presentje aan iemand te geven
- ▸ De glazen pot gevuld met vragen, stellingen en dilemma's staat op tafel in restaurants, op scholen, is geliefd bij coaches maar is ook een gewild cadeauartikel.[1]
- ▸ Momenteel zijn er 24 prijsvriendelijke Lediscount- en Eurobazaarwinkels in Wallonië, gespecialiseerd in onderhouds- en verzorgingsproducten, maar ook (seizoens)decoratie, huislinnen, cadeauartikelen, textiel, enzovoort.[2]
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord cadeauartikel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Alice van Eijk“Kletspot uit Apeldoorn is grote klapper in dit digitale tijdperk” (26 mrt. 2019), Tubantia
- ↑ Weblink bron jd“50 nieuwe banen bij populaire winkelketen” (05/12/2015), De Standaard