brozem
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bro·zem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | brozem | brozems |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- (schertsend) jongere die op een luidruchtige brommer rijdt
Gangbaarheid
- Het woord 'brozem' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "brozem" herkend door:
23 % | van de Nederlanders; |
18 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ brozem op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be