bled

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Engels

Werkwoord

bled

  1. verleden tijd van bleed
  2. voltooid deelwoord van bleed


Frans

Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
  • Uit het Noordafrikaans Arabisch بلد /balád/ 'land(streek)'. [1]

Zelfstandig naamwoord

bled m

  1. (spreektaal) dorp, gat (in een Noord-Afrikaanse context)
    «Comment, aller habiter à perpète dans un bled perdu? Pas question!»
    Wat, ergens ver weg in de rimboe gaan wonen? Geen sprake van! [2]
  2. (spreektaal) geboorteland, land van origine (in een Noord-Afrikaanse context)
    «Mourad, tu pars au bled cet été? – Non, je reste à la cité.»
    Mourad, ga je naar je geboorteland deze zomer? – Nee, ik blijf in de stad. [2]

Verwijzingen

  1. ↑ Bronlink geraadpleegd op 13 december 2020 Weblink bron Bled in: TLF, Trésor de la Langue Française informatisé op cnrtl.fr
  2. ↑ 2,0 2,1
    Wouw, Berry van de
    , Woordenboek populair Frans - Nederlands. Woordenboek van het Frans dat u op school nooit leerde, 2e druk, Breda: Uitgeverij Arti-Choc, 2014; p. 29
Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=bled&oldid=4388030"