bindt voor
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bindt voor (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bindt voor
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
voorbinden |
bindt (...) voor
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbinden
- Jij bindt voor.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van voorbinden
- Hij bindt voor.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van voorbinden
- Bindt voor!