bewiest

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·wiest
Woordherkomst en -opbouw
  • vervoeging van bewiesen: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel

Werkwoord

vervoeging van
bewiesen

bewiest

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bewiesen
    • Jij bewiest. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bewiesen
    • Hij bewiest. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van bewiesen
    • Bewiest! 
vervoeging van: bewiesen…
verbogen vorm: bewieste

bewiest

  1. voltooid deelwoord van bewiesen

Gangbaarheid