berekenende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: berekenende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- be·re·ke·nen·de
Werkwoord
vervoeging van: | berekenen |
berekenende
- verbogen vorm van berekenend, het onvoltooid deelwoord van berekenen
Bijvoeglijk naamwoord
berekenende
- verbogen vorm van de stellende trap van berekenend