basisindustrie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ba·sis·in·dus·trie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord basisindustrie basisindustrieën
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de basisindustriev

  1. (industrie) bedrijven die grondstoffen verwerken en daar industriële producten van maken, zoals staal, plastic en chemicaliën, vormen de basisindustrie
     De bedrijven die grondstoffen verwerken en daar industriële producten van maken, zoals staal, plastic en chemicaliën, vormen de basisindustrie. Voormalig VVD-minister Wiebes legde de lat al hoog: in 2050 moet die basisindustrie zo goed als klimaatneutraal en circulair produceren.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 maart 2023 Weblink bron “Groene industriepolitiek is goed voor Nederland, zeggen VVD en CDA” (Vrijdag 25 juni 2021, 16:41), NOS