bandenstapel

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bandenstapel    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ban·den·sta·pel

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  band zn  en  stapel zn  met het invoegsel -en- 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	bandenstapel	bandenstapels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bandenstapel m

1. een opeenstapeling van (gebruikte) (auto)banden die men gebruikt als stootkussen

   ▸ Op die plek stond net een kraanwagen om de auto van Sutil van de baan te takelen. "Bianchi kwam niet terecht in de bandenstapel of de vangrail, maar reed zijwaarts tegen die takelwagen", zegt Dekker. "Niet de ideale plek om iets te raken. Eigenlijk is het de slechtste plek mogelijk."

   ▸ Dat de racesport ondertussen onberekenbaar blijft, bleek twee jaar later, toen tijdens de kwalificatie een veer van de auto van de Braziliaan Barrichello losschoot. Het ding kwam terecht op het hoofd van zijn landgenoot Felipe Massa die het bewustzijn verloor en met ruim 200 km/uur in een bandenstapel reed. Een schedelbreuk was het gevolg.

Hyperoniemen

• stootkussen

Gangbaarheid

• Het woord bandenstapel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.