badmintonsport

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

badmintonsport
Uitspraak
Woordafbreking
  • bad·min·ton·sport
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord badmintonsport
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de badmintonsportv / m

  1. (sport) het spelen van badminton als wedstrijdsport
     Li, de mondiale nummer één, greep twee keer zilver op een WK en won 19 toernooien, waaronder in 2012 het All England, het Wimbledon van de badmintonsport. Daarnaast maakte ze deel uit van de Chinese teams die de Uber Cup (WK voor damesteams) en de Sudirman Cup (WK voor gemengde teams) veroverden.[1]
     Het Dutch Open is aangewezen om een nieuwe puntentelling in de badmintonsport testen. Spelers strijden van 7 tot en met 12 oktober in het toernooi in Almere in games die gaan tot 11 punten (best-of-5). De huidige telling betreft maximaal 3 games tot 21 punten.[2]
     Maar het verbloemt de malaise waarin de badmintonsport zich al jaren bevindt; te weinig leden, al jaren te weinig succes, te weinig helden, te weinig media-aandacht, te weinig geld en sponsors. De badmintonsport in ons land heeft van alles eigenlijk te weinig.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Olympisch kampioene Li Xuerui gevloerd” (Donderdag 5 maart 2015, 17:51), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Nieuwe telling op Dutch Open” (Vrijdag 11 juli 2014, 17:37), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 21 februari 2023 Weblink bron “Barre tijden voor het badminton” (Maandag 13 oktober 2014, 07:19), NOS