baadje
Uiterlijk
- baad·je
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | baadje | baadjes |
verkleinwoord | - | - |
het baadje o dim. tant. [2]
- (kleding) Indisch kledingstuk (dat in het Maleis en Javaans badjoe heet)
- (kleding) kledingstuk van zeelieden
- op zijn baadje krijgen
een pak slaag krijgen
- Het woord baadje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "baadje" herkend door:
42 % | van de Nederlanders; |
45 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ baadje op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be