atavistisch

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  atavistisch    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• ata·vis·tisch

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van atavist met het achtervoegsel -isch

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	atavistisch	atavistischer
verbogen	atavistische	atavistischere
partitief	atavistisch	atavistischers	-

Bijvoeglijk naamwoord

atavistisch

1. het atavisme betreffend of daarop berustend

Gangbaarheid

• Het woord atavistisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.