annonceren
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: annonceren (hulp, bestand)
Woordafbreking
- an·non·ce·ren
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘aankondigen’ voor het eerst aangetroffen in 1669 [1]
- uit het Frans met het achtervoegsel -eren
Werkwoord
annonceren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
annonceren |
annonceerde |
geannonceerd |
zwak -d | volledig |
- bekend maken
- (kookkunst) voorlezen van de bestelbon in de keuken om misverstanden te voorkomen
- verkondigen
Gangbaarheid
- Het woord annonceren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'annonceren' herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 10
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -eren in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Kookkunst in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 79 %
- Prevalentie Vlaanderen 90 %