afrondende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afrondende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·ron·den·de
Bijvoeglijk naamwoord
afrondende
- verbogen vorm van de stellende trap van afrondend
- ▸ Hij was gekleed in een uniform met de aanduidingen van de SOE en de rang van sergeant, gedoucht en geschoren toen hij op de afrondende afspraak verscheen met kolonel Grumpy, zoals iedereen de chef noemde, en zijn twee assistenten.[1]
Werkwoord
vervoeging van: | afronden |
afrondende
- verbogen vorm van afrondend, het onvoltooid deelwoord van afronden
Verwijzingen
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Blauwe ster” (2016), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044628265