aangiftetijd
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·gif·te·tijd
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van aangifte zn en tijd zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | aangiftetijd | aangiftetijden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de aangiftetijd m
- de tijdsperiode waarin men een belastingaangifte kan en moet doen
Gangbaarheid
- Het woord aangiftetijd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.