ziekendag: verschil tussen versies

Uit WikiWoordenboek
Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Mathonius (overleg | bijdragen)
Nieuwe pagina aangemaakt met '{{=nld=}} {{-pron-}} *{{sound}}: {{audio|nl-{{pn}}.ogg|{{pn}}}} {{-syll-}} *zie·ken·dag {{-etym-}} *Samenstelling van zieken en dag. {{-nlnoun-|{{pn}}|{{p...'
(geen verschil)

Versie van 22 nov 2014 08:42

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zie·ken·dag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ziekendag ziekendagen
verkleinwoord ziekendagje ziekendagjes

Zelfstandig naamwoord

ziekendag m

  1. dag waarop iemand ziek is en vrij heeft genomen van zijn of haar werk
    • "...dán juist overviel Neel het eenzaamste gevoel van den ganschen ziekendag".[1] 
  2. een dag die speciaal is ingericht voor de ziekenzalving
  3. een dag waarop activiteiten speciaal voor zieken (en/of ouderen) worden georganiseerd[2]

Verwijzingen

  1. Israel Querido (1925), De Jordaan: Amsterdamsch epos. Uitg.: Scheltens & Giltay.
  2. De Ahrenberger (27 augustus 2014), "De Veldhovense Ziekendag!".