Haarbänder

Uit WikiWoordenboek

Duits

Uitspraak
Woordafbreking
  • Haar·bän·der
Naar frequentie 120003

Zelfstandig naamwoord

Haarbänder

  1. nominatief onzijdig meervoud van Haarband

Haarbänder

  1. genitief onzijdig meervoud van Haarband

Haarbänder

  1. accusatief onzijdig meervoud van Haarband