Duco
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- Du·co
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Duco | - |
verkleinwoord | Ducootje | - |
Zelfstandig naamwoord
de Duco m
- (mannelijke naam) een jongensnaam
- Ken jij Duco nog van de kleuterschool?
Gangbaarheid
- Het woord 'Duco' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.