vijfhonderdachtentwintig

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

0 5 2 8
vijfhonderdachtentwintig,
op een abacus
Uitspraak
Woordafbreking
  • vijf·hon·derd·acht·en·twin·tig
Woordherkomst en -opbouw

Hoofdtelwoord

vijfhonderdachtentwintig

  1. "528", het getal tussen vijfhonderdzevenentwintig en vijfhonderdnegenentwintig, vijfhonderd plus achtentwintig
    1. om een hoeveelheid aan te geven
      • De totale kosten bedragen vijfhonderdachtentwintig euro en zevenendertig cent. 
    2. om een plaats in een volgorde aan te geven
      • We logeerden vlakbij het strand in kamer vijfhonderdachtentwintig van het grootste hotel. 
Schrijfwijzen
Synoniemen
Afgeleide begrippen

rangtelwoord

hooftelwoorden samengesteld met "vijfhonderdachtentwintig" ht als linkerdeel

Vertalingen
enkelvoud meervoud
naamwoord vijfhonderdachtentwintig vijfhonderdachtentwintigs
verkleinwoord vijfhonderdachtentwintigje vijfhonderdachtentwintigjes

Zelfstandig naamwoord

de vijfhonderdachtentwintigv / m

  1. dat wat in een (rang)ordening met 528 is aangeduid
    • Als jij vijfhonderdachtentwintig opruimt doe ik de twee kamers daarna wel, want die zijn kleiner. 

vijfhonderdachtentwintig mv

  1. groep van 528 eenheden
    • Die vijfhonderdachtentwintig kunnen onmogelijk een complete brigade met tanks tegenhouden. 

Gangbaarheid