vermanend

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·ma·nend

Werkwoord

vervoeging van: vermanen
verbogen vorm: vermanende

vermanend

  1. onvoltooid deelwoord van vermanen
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen vermanend vermanender vermanendst
verbogen vermanende vermanendere vermanendste
partitief vermanends vermanenders -

Bijvoeglijk naamwoord

vermanend

  1. bezig zijnd iemand te wijzen op een fout
    • 'Heb je fijn gewandeld?' 'Hij is braaf!' Of: 'Gaat-ie mee uit?' 'Eten!' 'Zoek je stok' en natuurlijk 'Af!' Hondenbezitters trakteren hun viervoeter dagelijks op een gestage stroom lieve of vermanende woordjes, maar of de boodschap aankomt... [1] 
    • Steinhaus, de echtgenote van oud-topscheidsrechter Howard Webb, liet zich niet kennen en gaf Ribéry een paar vermanende tikjes op zijn schouder. Enkele ogenblikken later benutte Ribéry de vrije trap, waarmee hij de eindstand op 5-0 bepaalde. [2] 
    • Maar het moet gezegd: dát kwam Gerrit (55) dan ook te staan op een vermanende uitroep van een collega. Overigens niet vanwege het onderwerp maar om het tijdstip: tien over acht 's ochtends. [3] 
Synoniemen
Antoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Tubantia Tom Tates 25-07-17 Vertaalapp hond-mens kwestie van tijd
  2. Tubantia 13-08-17 Vrouwelijke scheids kan lachen om streek Ribéry
  3. HP de Tijd 06/04 | 2012 Geplaatst in de volgende categorieën: LEVEN Geschreven door:Mark Traa 'Het geluid is het ergste'