verhakken
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·hak·ken
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van hakken met het voorvoegsel ver- (1)
- afgeleid van hak met het voorvoegsel ver- met het achtervoegsel -en (2)
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verhakken |
verhakte |
verhakt |
zwak -t | volledig |
Werkwoord
- overgankelijk in stukken hakken
- overgankelijk (schoenen e.d.) van nieuwe hakken voorzien
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord verhakken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "verhakken" herkend door:
67 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel ver- in het Nederlands
- Achtervoegsel -en in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-t) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Onscheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 67 %
- Prevalentie Vlaanderen 82 %