stadsvos
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stads·vos
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stad en vos met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stadsvos | stadsvossen |
verkleinwoord | stadsvosje | stadsvosjes |
Zelfstandig naamwoord
de stadsvos m
- (roofdieren) vos die in de stad zijn revier heeft
Gangbaarheid
- Het woord stadsvos staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.