pitvis
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- pit·vis
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pitvis | pitvissen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de pitvis m
- (straalvinnigen) benaming voor zeevissen uit de familie Callionymidae
- bepaald soort vis, Callionymus lyra
- (straalvinnigen) benaming voor zeevissen uit de familie Draconettidae
Synoniemen
- [1.1] schelvisduivel, pilatusvisje, schelpvisduivel,
Hyperoniemen
- grondelachtigen, baarsachtigen, stekelvinnigen, beenvissen, straalvinnigen, beenvisachtigen, chordadieren, dieren
Verwante begrippen
Hyponiemen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord pitvis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pitvis" herkend door:
24 % | van de Nederlanders; |
23 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ pitvis op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Straalvinnigen in het Nederlands
- Vissen in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 24 %
- Prevalentie Vlaanderen 23 %