oprollers
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- op·rol·lers
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | oprollers | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de oprollers mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord oproller
- meervoudsvorm als officiële benaming (veelpotigen) een familie Glomeridae van miljoenpoten binnen de orde Glomerida
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)
- [2] oproller
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'oprollers' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Veelpotigen in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal