maskerbij
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- mas·ker·bij
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van masker zn en bij zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | maskerbij | maskerbijen |
verkleinwoord | maskerbijtje | maskerbijtjes |
Zelfstandig naamwoord
- (vliesvleugeligen) een insect uit de familie Colletidae
Hyponiemen
|
Gangbaarheid
- Het woord maskerbij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.