laattijdig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: laattijdig (hulp, bestand)
Woordafbreking
- laat·tij·dig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | laattijdig | laattijdiger | laattijdigst |
verbogen | laattijdige | laattijdigere | laattijdigste |
partitief | laattijdigs | laattijdigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
laattijdig
- iets wat te laat of niet op tijd gebeurt
- De jongen is altijd laattijdig maar daar gaat zijn leraar nu wat aandoen.
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord laattijdig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "laattijdig" herkend door:
49 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be