koopvacuüm

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • koop·va·cu·um
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord koopvacuüm koopvacuüms
koopvacua
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het koopvacuümo

  1. (economie) periode van economische onzekerheid waarin mensen weinig aankopen doen
     De detailhandel heeft last van een 'koopvacuüm'. Consumenten houden de hand op de knip uit onzekerheid over de eigen toekomst en die van de wereldeconomie.[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 3 augustus 2023 Weblink bron “Consument geeft alleen nog geld uit aan eten” (12-05-2011), Tubantia