juistheid
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- juist·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | juistheid | juistheden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de juistheid v
- het juist, correct zijn
- De juistheid van de gegevens.
Synoniemen
Antoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord juistheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "juistheid" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be