groothandelsprijs

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groot·han·dels·prijs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groothandelsprijs groothandelsprijzen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de groothandelsprijsm

  1. (handel) de prijs die groothandelaars betalen voor producten
     Rusland boycot groente en fruit uit de Europese Unie. Ook Nederlandse bedrijven hebben daar last van. De groothandelsprijs van veel producten is fors gezakt en er blijven veel producten over.[1]
     Vandaag zijn vooral de problemen waar bedrijven mee kampen geïnventariseerd. Door de boycot is de groothandelsprijs van veel producten fors gezakt. Onder meer paprika-, champignon- en komkommertelers kunnen steun verwachten. Hoeveel steun er komt en waaruit de steun bestaat, wordt dus volgende week pas duidelijk.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 12 januari 2024 Weblink bron “Dijksma trakteert ministers op fruit” (Vrijdag 15 augustus 2014, 10:31), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 12 januari 2024 Weblink bron “Volgende week steun voor telers” (Donderdag 14 augustus 2014, 17:10), NOS