groenpluk

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groen·pluk
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groenpluk
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de groenplukm

  1. (onderwijs) het al in dienst nemen van medewerkers die nog niet klaar zijn met een schoolopleiding
     Sommige scholen zetten inmiddels nog niet afgestudeerde, en dus nog onbevoegde, pabo-studenten aan het werk. De Onderwijsinspectie zou een oogje toeknijpen bij deze 'groenpluk', maar de inspectie spreekt dat tegen. Zij wijst alle scholen er nog eens op dat ze volgens de wet alleen bevoegde leraren mogen aanstellen.[1]
     Van Engelshoven noemt deze zogeheten groenpluk ‘een onwenselijk verschijnsel’. Maar volgens haar is het nog niet duidelijk wanneer het om reguliere schooluitval gaat of om het weglokken met een baan. De D66-bewindsvrouw wil dat bedrijven een intentieverklaring tekenen waarin werknemers van een werkplek een leer-werkbaan maken, waardoor mbo-studenten alsnog hun diploma kunnen halen. ,,Zet ook uw handtekening”, zo riep ze bedrijven op.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 3 juni 2023 Weblink bron “Kamer boos over pabo-studenten voor de klas” (07-06-2017), Tubantia
  2. Bronlink geraadpleegd op 3 juni 2023 Weblink bron
    Hanneke Keultjes
    “Minister aan bedrijven: Haal jonge mbo’ers niet voortijdig van school” (18-02-2020), Tubantia