groeigebied

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • groei·ge·bied
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord groeigebied groeigebieden
verkleinwoord groeigebiedje groeigebiedjes

Zelfstandig naamwoord

het groeigebiedo

  1. (economie) gebied met een forse economische groei
     Alle groeigebieden liggen relatief dicht bij de Randstad, behalve Noord-Overijssel. "Zwolle en omstreken lijkt echt op eigen kracht te groeien. De andere lijken toch vooral te profiteren van de dynamiek in met name Amsterdam en Utrecht."[1]
     De Randstad wordt al jaren gezien als hét groeigebied van Nederland. Maar ook daarbuiten zijn er regio's waar de bedrijvigheid, werkgelegenheid en bevolking bovengemiddeld groeien.[2]
  2. (biologie) gebied waar bepaalde organismen groeien

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 1 januari 2024 Weblink bron “Economische groei ook buiten de Randstad: deze regio's doen het goed” (Dinsdag 6 maart 2018, 22:01), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 januari 2024 Weblink bron “Deze regio's doen het economisch goed” (Dinsdag 6 maart 2018, 21:01), NOS