grijpt vast
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: grijpt vast (hulp, bestand)
Woordafbreking
- grijpt vast
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vastgrijpen |
grijpt vast
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastgrijpen
- Jij grijpt vast.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vastgrijpen
- Hij grijpt vast.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van vastgrijpen
- Grijpt vast!
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vastgrijpen |
grijpt vast
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zich vastgrijpen
- Jij grijpt je vast.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van zich vastgrijpen
- Hij grijpt zich vast.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van zich vastgrijpen
- Grijpt je vast!
Gangbaarheid
- Het woord grijpt vast staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.