gezondheidsreis
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ge·zond·heids·reis
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van gezondheid zn en reis zn met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | gezondheidsreis | gezondheidsreizen |
verkleinwoord | gezondheidsreisje | gezondheidsreisjes |
Zelfstandig naamwoord
- (medisch) een reis die men maakt voor het ondergaan van een medische behandeling
- reis die men maakt ter bevordering van de gezondheid
Gangbaarheid
- Het woord gezondheidsreis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.