extraer
Spaans
Uitspraak
Woordafbreking
- ex·tra·er
stamtijd | ||
---|---|---|
infinitief | verleden tijd |
voltooid deelwoord |
extraer |
extraía |
extraído |
volledig |
Werkwoord
extraer
- overgankelijk uittrekken, naar buiten trekken
- (medisch) extraheren, wegnemen
- delven, graven, winnen
- (scheikunde) extraheren, afscheiden
- uitpersen (van fruit)
Verwante begrippen
Synoniemen
- [1] sacar
Verwijzingen
- extraer in: Diccionario de la lengua española, 23e druk, op website: Real academia española