emanatie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ema·na·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord emanatie emanaties
verkleinwoord emanatietje emanatietjes

Zelfstandig naamwoord

de emanatiev

  1. iets dat door een lichaam uitgezonden of uitgewasemd wordt
    • Het bijbelse verhaal van de schepping van Eva uit een rib van Adam wordt door sommige esoterici gezien als een aanduiding van de emanatie van Eva uit een deel van Adam die daarvoor dus tweeslachtig was.. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

21 % van de Nederlanders;
42 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen