domineesgezin

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • do·mi·nees·ge·zin
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord domineesgezin domineesgezinnen
verkleinwoord domineesgezinnetje domineesgezinnetjes

Zelfstandig naamwoord

het domineesgezino

  1. het gezin van een protestantse predikant
     Aan Gaaikema was te merken dat hij was opgegroeid in een domineesgezin. Zijn optredens hadden vaak een boodschap. Hij hield zijn publiek graag voor dat we vooral "de moed erin moeten houden".[1]
     Als puber is hij lastig, daarom brengen zijn ouders hem op zijn 15de een tijdje onder bij een domineesgezin. Dat heeft hem goed gedaan, want Opstelten staat nu bekend als een heer, rustig en goedmoedig.[2]
     Theresa Mary Brasier (1 oktober 1956, Eastbourne) groeide op als enig kind in een domineesgezin. Van haar vader leerde ze naar eigen zeggen "mensen te nemen zoals ze zijn" en "iedereen gelijk te behandelen". Na de middelbare school ging ze aardrijkskunde studeren aan de Oxford Universiteit. Op haar 25ste overleed haar vader na een auto-ongeluk. Haar moeder stierf een jaar later aan multiple sclerose.[3]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 10 september 2023 Weblink bron “Gaaikema: lof als vertaler, kritiek als cabaretier” (Dinsdag 21 oktober 2014, 18:54), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 10 september 2023 Weblink bron “Opstelten: zijn eigen opvolger” (Donderdag 1 november 2012, 08:00), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 10 september 2023 Weblink bron “May bleef lang aan, maar kon mislukt premierschap niet voorkomen” (Vrijdag 24 mei 2019, 12:39), NOS