boskasjoe
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- bos·kas·joe
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bos en kasjoe zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | boskasjoe | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
boskasjoe
- (bloemplanten) Anacardium giganteum een grote altijdgroene boomsoort. De boom kan 20-40 meter hoog worden met een rechte stam van 50–90 cm in doorsnede. Het is een boom van de kroon van het regenwoud en groeit zowel op overstromende plekken als in drooglandbos
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'boskasjoe' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- [1] boskasjoe op Wikidata