autokraak
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- au·to·kraak
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van auto zn en kraak zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | autokraak | autokraken |
verkleinwoord | autokraakje | autokraakjes |
Zelfstandig naamwoord
de autokraak m
- inbraak in een auto om de auto zelf te stelen
- Twee Utrechtse mannen die na een autokraak op hun vlucht voor de politie bijna wegwerkers aanreden, moeten de cel in. De betrokkenen waren aan het asfalteren en konden net op tijd wegspringen voor de aanstormende auto. De rechtbank in Utrecht vindt dat er sprake is van een poging tot zware mishandeling. [1]
- inbraak in een auto om waardevolle spullen uit de auto te stelen
- Nederlandse vakantiegangers zijn het favoriete doelwit geworden van Italiaanse autokrakers. Het aantal ingetikte ruitjes van Nederlands gekentekende auto’s is in de afgelopen weken verdubbeld, aldus de alarmcentrale van Allianz Global Assistance. [2]
Synoniemen
- [1] autodiefstal
Gangbaarheid
- Het woord autokraak staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "autokraak" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
86 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Reformatorisch Dagblad 06-03-2018 Celstraf voor inrijden op wegwerkers
- ↑ De Telegraaf 10 aug. 2017 Nederlandse auto’s favoriet Italiaanse rovers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 97 %
- Prevalentie Vlaanderen 86 %