agribusiness
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- agri·busi·ness
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Griekse 'agros' (veld, akker) of het Latijnse agricultura en business
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | agribusiness | - |
verkleinwoord | agribusinessje | agribusinessjes |
Zelfstandig naamwoord
de agribusiness m
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord agribusiness staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.