Boogschutter

Niet te verwarren met: boogschutter

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  Boogschutter    (hulp, bestand)
• IPA: / ˈboxsxʏtər / (3 lettergrepen)

Woordafbreking

• Boog·schut·ter

Woordherkomst en -opbouw

• leenvertaling van Latijn Sagittarius, geschreven met een hoofdletter volgens spellingregel 16.E

Eigennaam

Boogschutter m

1. (astronomie) sterrenbeeld van de dierenriem (tussen rechte klimming 7^u41^m en 20^u25^m en tussen declinatie −45° en −12°)
2. (astrologie) teken van de dierenriem waar de Zon in staat van ca. 22 november tot ca. 22 december

Synoniemen

• Schutter
• [1] Sgr
• [1] Sgtr

Verwante begrippen

dierenriem
Ram	Stier	Tweelingen	Kreeft	Leeuw	Maagd	Weegschaal	Schorpioen	Boogschutter	Steenbok	Waterman	Vissen

Vertalingen

    2. teken van de dierenriem van 22 november tot 22 december   

Afrikaans: Boogskutter (af) Duits: Schütze (de) m Engels: Sagittarius (en) Frans: Sagittaire (fr) m

Italiaans: Sagittario (it) m Latijn: Sagittarius (la) m Spaans: Sagitario (es) m, Sagittarius (es) m Zweeds: Skytten (sv) g

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	Boogschutter	Boogschutters
verkleinwoord	Boogschuttertje	Boogschuttertjes

Zelfstandig naamwoord

de Boogschutter m

1. (astrologie) (metonymisch) iemand die is geboren in de periode waarin de zon in het sterrenbeeld Boogschutter staat

Gangbaarheid

• Het woord Boogschutter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.