zweefden af
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: zweefden af (hulp, bestand)
Woordafbreking
- zweef·den af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afzweven |
zweefden (...) af
- meervoud verleden tijd van afzweven
- Wij zweefden af.
- Jullie zweefden af.
- Zij zweefden af.
- Wij zweefden af.
Gangbaarheid
- Het woord 'zweefden af' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.