zwaktes
Uiterlijk
- zwak·tes
de zwaktes mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord zwakte
- ▸ Waarom had hij dat gedaan? Het was een ochtendinval geweest - ochtendinvallen hadden altijd zwaktes.[1]
- ▸ Dat neemt niet weg dat het geen kwaad kan om het werk van het LOWI te laten evalueren, via gesprekken met commissieleden, klagers, beklaagden en betrokken bestuurders van universiteiten en IJMC's, om in kaart te brengen waar mogelijke behoeften en zwaktes zitten.[2]
- Het woord zwaktes staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Jesse Ball“Het duikersspel” (2020), Em. Querido's Uitgeverij , ISBN 9789021417974
- ↑ Kolfschooten, Frank van“Ontspoorde wetenschap” (2012), De Kring, ISBN 9789491567087