zonden terug

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zon·den te·rug
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
terugzenden

zonden (...) terug

  1. meervoud verleden tijd van terugzenden
    • Wij zonden terug. 
    • Jullie zonden terug. 
    • Zij zonden terug.