zachtleren
Uiterlijk
- Geluid: zachtleren (hulp, bestand)
- zacht·le·ren
- samenstelling van zacht bn en leren bn
stellend | |
---|---|
onverbogen | (alleen attributief) |
verbogen | zachtleren |
zachtleren
- gemaakt van een zachte soepele leersoort
- ▸ En we zagen schoenen, sandalen zoals de Moren die droegen, met opkrullende punten, en zachtleren slippers.[1]
- Het woord 'zachtleren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- ↑ Victoria Holt“Vlucht van de zeven zwaluwen” (1992), Saga, ISBN 9788726484892