waterflessen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: waterflessen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈwatərˌflɛsə(n) / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- wa·ter·fles·sen
Woordherkomst en -opbouw
- waterfles met uitgang -en
Zelfstandig naamwoord
de waterflessen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord waterfles
- ▸ Water! Eindelijk water! Met hernieuwde moed liep ik de berg af en vulde snel mijn lege waterflessen met het koele water uit het meer, waarbij ik moest terugdenken aan het advies van mijn dochter.[1]
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers