Naar inhoud springen

vlamkleurig

Uit WikiWoordenboek


vlamkleurig
  • vlam·kleu·rig
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen vlamkleurig vlamkleuriger vlamkleurigst
verbogen vlamkleurige vlamkleurigere vlamkleurigste
partitief vlamkleurigs vlamkleurigers -

vlamkleurig [1]

  1. met de geeloranje kleur van een vlam
     Je ziet er prachtig uit, Fred!' Maar naast Tamarisk, die was gehuld in opvallende vlamkleurige chiffon, en Rachel, in korenbloemblauwe crêpe de Chine, besefte ik dat ik allesbehalve het mooiste meisje van het bal was.[2]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Victoria Holt
    “Vlucht van de zeven zwaluwen” (1992), Saga, ISBN 9788726484892